In juni 2020 werden de arrestantenkaarten van de Rotterdamse Gemeentepolitie uit de Tweede Wereldoorlog gedigitaliseerd door het Stadsarchief Rotterdam. Er bleken twee kaarten te zijn van dokter Teer, huisarts te Hoek van Holland: hij was tweemaal gearresteerd, de tweede maal werd hij zelfs naar Kamp Amersfoort gestuurd. Dit was nogal een verrassing, want er is in het dorp bijna niets bekend over deze arts. Hieronder volgt het resultaat van een zoektocht door Dirk Ruis en Mir Visser naar meer informatie in archieven, documenten en online.

In eerste instantie vonden wij iets in een voor de Hoekse EHBO geschreven boekje over het 70-jarig bestaan in 1986. Hierin wordt door Dirk van den Burg, zoon van de voormalig voorzitter van de wijkraad, beschreven dat Teer in 1943 het dorp uit moest vanwege het feit dat hij Joods was. Wilma van Oeffelt van de EHBO werd voor meer informatie benaderd. Zij zette een oproep in het AD, dat enige bruikbare informatie opleverde. Zo kwamen we in contact met een ver familielid en een vriend van de in 2007 overleden dochter van Teer: zij vertelden ons dat hij niet Joods was.


Jan Nicolaas Teer werd op 24 september 1901 in Krommenie geboren en was getrouwd met Joanna Maria Schörcher. Zij werd op 22-07-1900 geboren te Bochnia in Polen en was voor het huwelijk werkzaam als verpleegster in den Haag. Op 24-05-1928 werd zij genaturaliseerd.
Teer was in 1928 afgestudeerd als arts. In 1932 vestigt hij zich als arts in Amsterdam.

Op 23 augustus 1933 vestigt het echtpaar zich in Hoek van Holland. Ze gaan in de Prins Hendrikstraat op nummer 209 wonen.
Ze krijgen twee kinderen, Eduard Willem Jan, geboren op 10-01-1934, en Johanna Gisela, geboren 11-03-1936.
Op 1 juli 1937 wordt Teer medisch leider van de plaatselijke EHBO.
Het gezin verhuist op 11 augustus 1938 naar de Rietdijkstraat 104 (waar nu Chinees Restaurant Ocean City gevestigd is).

Het huis aan de Rietdijkstraat 104

Mobilisatie
Tijdens de mobilisatieperiode wordt Teer geraadpleegd door militaire artsen, als er een uitbraak van diarree plaatsvindt bij een deel van de soldaten van het 39e Regiment Infanterie. Deze manschappen zijn gelegerd in de Quarantainestallen in de Rietdijkstraat, een paar deuren van het huis van Teer. Er vindt bij Teer thuis een overleg plaats. Hij deelt de artsen mee dat er elk jaar een uitbraak van ‘aanvalsgewijze diarrhee’ optreedt in het dorp. Hij wijt dit aan ‘onvoldoende gewasschen groente en fruit, of door het maken van andere hygiënische fouten’. Ondanks dat hij steeds bacteriologisch onderzoek laat uitvoeren in Rotterdam, heeft hij nooit bewijs hier voor kunnen vinden, echter hij herkent het beeld van epidemische dysenterie uit zijn tijd als arts te Amsterdam.

Militaire veldkeukens opgesteld naast de quarantainestallen.
Militaire veldkeukens opgesteld naast de quarantainestallen. Collectie Stichting Fort aan den Hoek van Holland

Dokter Knip, de andere Hoekse huisarts daarentegen, herkent dit beeld niet. Hij is arts van het Joodse Vluchtelingenkamp en de Rotterdamsche Vacantieschool en heeft daar nog nooit een uitbraak van epidemische dysenterie gezien. Hij ziet elke zomer wel enkele gevallen van zomerdiarree, maar wijt het aan plotselinge afkoeling door het nuttigen van ijs of koud bier.

In oktober van datzelfde jaar vinden we Teer in de krant. Te lezen is dat hij voor de ontslagen kapitein van Dort, commandant van het fort, optreedt als getuige in zijn beroep.

Tweede Wereldoorlog
Beide Hoekse huisartsen zijn aangesloten bij de artsenorganisatie Nederlandse Maatschappij tot Bevordering der Geneeskunst (NMG). Deze organisatie wordt in mei 1942 door de bezetter gelijkgeschakeld: in het bestuur neemt een overtuigd NSB-er plaats, de Haagse uroloog, dr. C.C.A. Croïn. De helft van de leden bedankt in september voor hun lidmaatschap. Dan richt de Rijkscommissaris voor het bezette Nederlandse gebied, Seyss-Inquart, de Artsenkamer op. Het bestuur van de NMG sommeert haar leden lid te worden van de Artsenkamer. Het overgrote deel van de artsen weigert dit. Het NMG wordt kort daarna ontbonden.
Door een aantal artsen wordt de verzetsorganisatie Medisch Contact (MC) opgericht. Zij regelen dat eerst zo’n 4000 artsen (van de ongeveer 6600 in Nederland) een protestbrief aan Seyss-Inquart, tegen het oprichten van de Artsenkamer, ondertekenen. Dan volgt de Artsenverordening 1942. Op grond van deze verordening worden de artsen verplicht om lid te worden van de Artsenkamer. Vele artsen schrijven op advies van het Medisch Contact aan Croïn een brief, waarin zij zeggen daar niet aan te kunnen voldoen. Ook Teer en de andere Hoekse huisarts, K.M. Knip sturen deze brief, geschreven op een receptenbriefje.

Het antwoord van Dokter Teer aan Croïn: ‘Ondergeteekende deelt, in antwoord op Uw beschikking: No. 2-41 dd 19-12-’41 mede, dat hij, voorzoover deze beschikking op hem van toepassing is, hieraan niet kan voldoen.’
(Afbeelding uit de Artsendatabank van het Medisch Contact)

Atlantikwall
Tijdens de bezetting wordt Hoek van Holland uitgebouwd tot een bolwerk van de Atlantikwall. Hiervoor worden vanaf eind 1942 veel bunkers gebouwd en grote delen van de Hoek gesloopt: de Oude Hoek wordt met de grond gelijk gemaakt, evenals het Tweede Zandwerk (tussen de huidige Van Warwijckstraat en Huydecoperstraat). Er vinden diverse evacuaties plaats. Mensen die geen werk in de Hoek hebben moeten het dorp verlaten, terwijl er in het dorp zelf ook veel verhuizingen plaats vinden. Zo moet Teer op 13 oktober 1942 de woning en praktijk in de Rietdijkstraat verlaten omdat zijn huis gevorderd wordt door de Duitsers. Het gezin gaat naar de Schoolstraat 34.

1e arrestatie
Op 10 februari ’43 wordt Teer voor de eerste maal opgepakt door de Sicherheitspolizei. Hij wordt dezelfde dag na verhoor weer vrijgelaten, het is niet bekend waarom hij opgepakt werd.

De arrestantenkaart van dokter Teer in het Stadsarchief

Verzet en arrestatie
In maart 1943 voert de Artsenkamer de druk aan de artsen op: het lidmaatschap van de Artsenkamer wordt verplicht gesteld. De reactie van de artsen hierop is de ‘afplakactie’: ze plakken de titel ‘arts’ op het bordje naast hun deur af, en strepen tevens het woord ‘arts’ op de recepten door. Ze doen zo dus afstand van hun titel, maar gaan wel door met hun werk.

In mei verbied Seyss-Inquart de artsen afstand te doen van hun titel. Weer wordt er in opdracht van het Medisch Contact een brief namens alle artsen aan hem gestuurd, maar het MC verzoekt midden juni de artsen daarna nog elk afzonderlijk een brief te schrijven, met de opdracht deze pas te versturen na een seintje van hun kant. Maar hier loopt het mis: meerdere artsen versturen hun brief direct al aan Seyss-Inquart. Deze laat die artsen arresteren en naar kamp Amersfoort overbrengen. Het MC geeft meteen aan iedereen opdracht hun brieven ook te versturen. 3700 van hen doet dit. Zo’n 2000 hadden hier geen handtekening onder gezet, of niet hun eigen briefpapier gebruikt. Seyss-Inquart was woedend en geeft opdracht de 1700 artsen die wél een duidelijke handtekening zetten of eigen briefpapier hadden gebruikt, te arresteren. Een groot deel kan onderduiken, maar er worden er toch nog zo’n 360 gearresteerd, waaronder dr. Teer. Bij hen worden de spreekkamer en apotheek verzegeld.

Teer wordt in de nacht van 25 op 26 juni gearresteerd door Groep 10 van de Rotterdamse politie. Deze groep was onder andere, naast het arresteren van mensen die een verordering van Seyss-Inquart overtraden zoals de artsen, ook verantwoordelijk voor het oppakken van Joden.
Samen met dokter van Rijn van ’s-Gravenzande wordt hij om 1 uur door de Sicherheitspolizie op het politiebureau gebracht. Om 7.54 worden ze met de trein naar Rotterdam gebracht, onder begeleiding van de agenten van Oost en van Dop.
Op dezelfde dag als hun arrestatie worden ze overgebracht naar Kamp Amersfoort.

Arrestantenkaart van dokter Teer in het Stadsarchief


Er wordt nu op hoog niveau onderhandeld over de vrijlating van de artsen. De onderhandelingen vinden plaats tussen de oprichters van het Medisch Contact en de hoogste Duitse medici waarbij het volgende bereikt wordt: indien de artsen een brief met excuses naar Seyss-Inquart sturen en een boete betalen van Fl. 50, worden de gearresteerden vrijgelaten en zou men van arrestatie van de andere artsen afzien. Ook wordt de verplichting om lid te worden van de Artsenkamer opgeheven. De meeste van de gearresteerden, waaronder Teer, worden na betaling van de boete 10 dagen later weer vrijgelaten.
In het boek ‘Stad binnen de Vesting’ over ’s-Gravenzande in de 2e Wereldoorlog, staat over dokter van Rijn: ‘…[hij] was op dat moment voorzitter van de Westlandse artsenkring en werd daarom opgepakt…Politieke gevangenen in een Duits concentratiekamp werden altijd kaalgeschoren. Dr. Van Rijn had dus ook een kaal hoofd toen hij uit het kamp terugkwam. Uit protest is hij toen geruime tijd met een kaalgeschoren hoofd blijven rondlopen’.

Uit de Hoek weg
In januari wordt bekend gemaakt dat de Hoek ontruimd dient te worden in verband met de land-inwaartse uitbreiding van de kustverdediging, waarbij inwoners die niet belangrijk voor de bezetter geacht worden naar het oosten van het land, en degenen zonder eigen nieuw adres naar de Betuwe moeten evacueren. Op 15 februari 1943 wordt ontruiming van een deel van de Hoek bevolen door Ortskommandant Fünke, hierbij moet o.a. de Schoolstraat met de omliggende straten ontruimd worden: de Concordiastraat, de Harmoniestraat, de Rietdijkstraat, de 1e Scheepvaartstraat en de Prins Hendrikstraat tussen de Rietdijkstraat en de Schoolstraat. Teer zit hier uiteraard niet bij. Toch gaat hij na zijn vrijlating uit Amersfoort uit de Hoek weg, de reden waarom is niet bekend. Waarschijnlijk is dat de Duitsers zo’n verzetspleger niet meer in een dorp met zoveel soldaten wilden hebben. Het is ook mogelijk dat men één huisarts (Knip) in het sterk uitgedunde dorp voldoende vond.

Het gezin verhuist naar Doorwerth, waar Teer zijn huisartsenpraktijk voortzet. Ze komen in september 1944 midden in de slag om Arnhem terecht, hun huis wordt tijdens de strijd verwoest, waardoor ze weer moeten evacueren.
Na de oorlog gaan ze terug naar Doorwerth. Dokter Teer bouwt een bungalow. Hij wordt echter geen huisarts meer, maar controlerend geneesheer bij Centraal Beheer.
Zijn echtgenote, Joanna Teer, overlijdt op 21 juli 1973 op 72-jarige leeftijd, Teer zelf overlijdt op 6 april 1984 op 82-jarige leeftijd.
Zijn zoon, Eduard Willem Jan Teer, emigreert naar Canada, blijft ongehuwd en overlijdt aldaar.
Zijn dochter, Johanna Gisela Donleben-Teer was weduwe van Harro Donleben. Dit huwelijk bleef kinderloos. Met de dood van zijn zoon en dochter kwam een einde aan deze tak van de familie Teer.




Bronnen
Nationaal Archief, Den Haag, Vesting Holland: Hoofdkwartier, nummer toegang 3.09.20, inventarisnummer 100-24u Epidemische diarrhee te Hoek van Holland

Stadsarchief Rotterdam:
336-Archief van het Centraal Evacuatiebureau te Rotterdam, inventarisnummer 48-Stukken betreffende de gedeeltelijke ontruiming van Hoek van Holland;
497-Archief van de Centraal Secretarie, inventarisnummer 34-Stukken m.b.t. de evacuatie der burgerbevolking in Hoek van Holland ’42-’43

Bunker Bremen: Lijsten van door de Duitse Weermacht in beslag genomen huizen, afkomstig van de gemeentesecretarie

Lou de Jong, Het Koninkrijk der Nederlanden in de Tweede Wereldoorlog, deel 5 eerste helft; deel 6 tweede helft; deel 7 eerste helft

https://www.medischcontact.nl/web/file?uuid=480271c4-8509-4f30-bcf0-d04536c811cb&owner=1e836119-cfd1-4e33-a731-da3efbb2a701&contentid=7036

https://www.medischcontact.nl/nieuws/laatste-nieuws/artikel/een-completer-beeld.htm

https://www.medischcontact.nl/nieuws/laatste-nieuws/artikel/het-medisch-contact-in-verzet.htm

https://www.geneaknowhow.net/script/dewit/tel1950/pdfs/deeltwee0486.pdf

https://www.joodserfgoedrotterdam.nl/groep-10/


Deel dit artikel