Batterie Brandenburg (collectie: Bundesarchiv, Bild 101I-049-0203-35)

Nadat Duitsland in de zomer van 1940 Europa bezet had, werd de Europese kust van Noorwegen tot de Frans-Spaanse grens verdedigd door batterijen kustgeschut van zowel de Duitse Landmacht als de Marine. Er werden ook voorbereidingen getroffen voor de invasie van Engeland, operatie Seelöwe.  Om diverse redenen mislukte dit echter, waarna Hitler besloot zijn pijlen op het oosten te richten: in juni 1941 viel Duitsland de Sovjet Unie binnen. Met het oog op aanvallen op de kust gaf Hitler op 14 december 1941 de order om de verdediging hiervan verder op te schalen. Voor Hoek van Holland betekende dit voornamelijk dat er op eiland de Beer een uitbreiding van het al aanwezige kustgeschut van de Kriegsmarine kwam door middel van meerdere batterijen.

Eén daarvan was de Batterie Brandenburg, die in het begin van 1942 op de Beer kwam te staan. De batterij bestond uit drie stukken torengeschut, afkomstig van  twee Nederlandse pantserschepen: de Hr. Ms. Hertog Hendrik (1 kanon) en Hr. Ms. Jacob van Heemskerck (2 kanonnen). Deze schepen waren respectievelijk in 1902 en 1907 te water gelaten; het geschut van deze schepen was dus al flink verouderd.

De geschutstoren van de Hr. Ms. Jacob van Heemskerck (collectie: NIMH)

Het kaliber van de kanonnen van beide schepen was 24 cm, het bereik hiervan was 16,8 kilometer en de vuursnelheid was vier schoten in vijf minuten. Ze werden op speciaal ontworpen bunkers geplaatst, om de scheepstorens in te kunnen passen. In deze bunkers was ruimte voor munitie, dat met een rails over het plafond naar het geschut werd vervoerd. In april 1942 werd een voorraad van 900 granaten en kardoezen beschikbaar gesteld. 

Het transport van granaten en kardoezen geschiedde via een rails en kraan aan het plafond (collectie: ECPAD)

Het inzetten van buitgemaakt en / of verouderd geschut werd voor de Duitse Wehrmacht een gebruikelijke tactiek om het tekort aan eigen modern geschut te compenseren. Dit moest namelijk zoveel mogelijk aan het actieve front worden ingezet. Het zorgde ervoor dat de bouw van de kustverdediging langs een passief front van 5000 kilometer relatief snel kon plaatsvinden.

Voor de verdediging van de Batterie Brandenburg batterij beschikte deze in haar beginperiode verder over één stuk anti-tankgeschut met een kaliber van 4 centimeter en diverse stukken luchtafweergeschut: twee stuks van 3,7 cm, een Flakvierling  van 2 cm en twee Oerlikons van 2 cm. De bemanning van de batterij was van de Marine Artillerie Abteilung 205 en bestond uit 4 officieren, 11 onderofficieren en 170 manschappen. 

Op 6 februari begon men met het proefschieten van het kanon van de derde toren. De Hoekse politie kreeg die ochtend opdracht van de Ortskommandantur om op verschillende plaatsen in het dorp bekendmakingen op te hangen met de mededeling dat er om twee uur met zwaar geschut geoefend zou gaan worden, en dat de burgerbevolking ramen en deuren open moest zetten om schade te voorkomen vanwege de luchtdruk.

Bericht van de politie op 6 februari 1942 met het verzoek om ramen en deuren open te zetten (bron: Stadsarchief Rotterdam)


Op 25 maart volgde proefschieten met 2 torens. Op 19 mei 1942 werd er weer geoefend met de 24 cm. kanonnen. De volgende dag ging men hiermee verder, maar om 09.05u ging het vreselijk mis bij het inschieten van geschutstoren nr. 2: bij het 15e schot ontplofte een granaat met de aandrijflading in de loop van het kanon. Achttien mensen vonden hierbij de dood: zestien militairen en twee burgers. Eén van de burgers was Wilhelm Heise, een 55-jarige monteur van de firma Krupp, de ander was de 29-jarige Kurt Breitenbach, een ingenieur die bij het Oberkommando van de Kriegsmarine was ingedeeld. De lichamen van deze laatste twee werden volkomen onherkenbaar verminkt door de explosie. Van Breitenbach was zelfs van zijn identiteitspapieren niets meer over.

Het laden van het geschut. Deze foto is twee jaar na het ongeluk genomen in een van de resterende geschutstorens (collectie: ECPAD)

Vier mensen raakten zwaargewond, drie licht.
De omgekomen militairen waren:

Rudolf Drechsel, Artillerist, 17 jaar
Erich Henke, Artillerist, 19 jaar
Kurt Friebe, Artillerist, 19 jaar
Walter Grossmann, Artillerist, 23 jaar
Roman Auinger, Gefreiter, 18 jaar
Franz Beiell, Gefreiter, 18 jaar
Heinrich Biberger, Gefreiter, 18 jaar
Johann Bergmaier, Gefreiter, 18 jaar
Karl Bachmair, Gefreiter, 19 jaar 1
Willi Jakobs, Gefreiter, 22 jaar
Herbert Heilig, Gefreiter, 25 jaar
Karl Heuwinkel, Obergefreiter, 27 jaar
Walter Brauner, Maat, 21 jaar
Gerhard Zieten, Maat, 28 jaar
Kurt Platzdasch, Maat, 29 jaar
Helmuth Siegel, Oberstuckmeister, 44 jaar

De Hoekse politie merkte dat op de Langeweg een lange colonne militaire voertuigen, vrachtauto’s en ambulance voertuigen onder de bomen stond opgesteld. In de Berghaven was het een drukte van vertrekkende en aankomende Duitse vaartuigen. Deze schepen brachten Duitse militairen, waaronder gewonden en doden aan land. De Duitse militaire autoriteiten te Hoek van Holland weigerden echter inlichtingen aan de politie te verstrekken over het gebeurde: dat waren Duitse militaire zaken.

Het is niet bekend van welk van de twee schepen het kanon afkomstig was. Het kanon werd met de toren van de bunker verwijderd, de opening werd met beton afgedekt en de rest van de oorlog werd de bunker gebruikt als munitieopslag.

Op deze Duitse luchtfoto uit 1944 is te zien dat geschutstoren nr. 2 is verwijderd en het dak gedicht. Niet lang na deze opname zijn de andere torens beter gecamoufleerd
Op een Duitse kaart is het aantal van 3 stukken geschut met potlood aangepast naar 2 (Bundesarchiv)
Franz Beiell (links) in uniform, samen met zijn broer

Van één van de omgekomen soldaten weten we iets meer. Historisch onderzoeker Roland Blok bemachtigde ooit documenten uit de nalatenschap van familie van Franz Beiell.

Franz Ludwig Beiell werd op 21 mei 1923 geboren in Keulen. Hij kwam dus een dag voor zijn 19e verjaardag om. Hij was arbeider van beroep. Op 26 april 1941 meldde hij zich als vrijwilliger aan en kwam bij het Ersatz Marine Regiment I. Op 6 juni 1941 kwam hij in actieve dienst, en op 16 november werd hij bij de M.A.A. 205 ingedeeld.

Er zat een brief in de nalatenschap van de chef van Batterie Brandenburg, Kapitänleutnant Eugen Vogt, aan de ouders van Beiell. Hij schreef dat hij tot zijn leedwezen de treurige plicht had hen op de hoogte te brengen van het overlijden van hun zoon, ten gevolge van een ongeluk dat de Batterij had getroffen. 

Hij was tijdens zijn dienst, die hij op uitstekende wijze vervulde, plotseling uit het leven weggenomen. Vogt hoopte dat het hen enige troost bracht te weten dat hij niet geleden had en schreef verder dat Beiell, vanwege zijn bekwaamheid als soldaat en uitstekende gedrag, ook buiten diensttijd, kort voor het ongeluk was bevorderd tot Gefreiter 2. Verder verzekerde Vogt de ouders dat de uitvaart van hun zoon met de hoogste militaire eer plaatsgevonden had, en dat zij allen zeer ontroerd waren toen hij op Kriegerfriedhof Den Haag-Westduin bijgezet werd. Hij besloot de brief met te zeggen dat hun zoon zijn jonge leven had gegeven voor Führer, Volk und Vaterland, en dat zijn nagedachtenis tot lichtend voorbeeld zou voortleven in hun aller gedachten. 

De begrafenis op de begraafplaats Westduin in Den Haag

Alle 18 omgekomenen zijn op 22 mei op het Kriegerfriedhof Westduin in Den Haag begraven.
In 1948 zijn zij overgebracht naar de Duitse oorlogsbegraafplaats Ysselsteyn in Limburg.


Voetnoten
1 Het Atlantikwall Museum heeft het bidprentje van Karl Bachmair in haar collectie
2 Volgens zijn zakboekje was dit op 1 mei. De rang van gefreiter is vergelijkbaar met de Nederlandse rang van korporaal.


Geraadpleegde bronnen en archieven
Databank geschiedenis Hoek van Holland, persoonlijk archief Dirk Ruis
Ancestry.com Operations, Inc., 2020, Original data: Kartei der Verlust- und Grabmeldungen gefallener deutscher Soldaten 1939-1945 (-1948), Bundesarchiv B 563-2 Kartei. Berlin, Deutschland
Haags Gemeentearchief: Algemene Begraafplaatsen Den Haag 1830-1984, BNR. 0433-01, inv. nr. 49

Bundesarchiv
– RH 24-88 / 61 Küstenverteidigung: Bereiche Den Helder, Hoek van Holland, Schaffung und Etatisierung improvisierter Einheiten 
– RH 24-88 / 42K Karten der Stützpunkte Missingen, Ijmuiden, den Helder, Scheveningen, Hoek van Holland und der Insel Texel
– RH 24-88 / 42K Karten der Stützpunkte Missingen, Ijmuiden, den Helder, Scheveningen, Hoek van Holland und der Insel Texel
– RM-122 / 297 Kriegstagebuch M.A.A. 205 1.1.42-31.3.42

National Archives Washington (NARA)
– Microfilm T501, 24621/5 Kriegstagebuch Kommandeur der Truppen d. Heer i.d. Niederlanden,
– Westwallartiger Ausbau. Stützpunkt Hoek van Holland.
– Microfilm T1022, PG/47526 Kriegstagebuch Marinebefehlshaber i.d. Niederlanden

Festung Hoek van Holland, een parel van de Atlantikwall aan de Nieuwe Waterweg, Hans Sakkers
https://www.netherlandsnavy.nl/Hendrik.htm
https://www.netherlandsnavy.nl/JVH.htm
www.fortificatieforum.nl

Deel dit artikel