Het grootste gemis van de Duitse soldaat aan het huisfront was misschien wel vrouwelijk schoon. Met weemoed dacht men terug aan diens echtgenoot of vriendin, of hunkerde men naar een ontmoeting van vrouwen in het uitgaansleven van de bruisende Duitse steden.
Om ook in deze behoefte te voorzien en werd in 1943 een bordeel in de Hoek geopend, de zogenaamde ‘Puff’. Deze was gevestigd in de Schoolstraat, in 2 huizen die via de bovenverdieping met elkaar verbonden waren.
Voordat dit er kwam, had de politie al heel wat te stellen met meisjes die zich in spergebied bevonden, valt er in een politierapport van 9 januari 1941 te lezen. Deze meisjes, die door soldaten in café’s in Den Haag en Rotterdam werden opgepikt en de nacht in de Hoek verbleven, werden daarom door de politie opgespoord en aangehouden. De meisjes gingen op kosten van hun ouders weer naar huis.
De politie te Hoek van Holland kreeg regelmatig vrouwen over van de Feldgendarmerie. Deze vrouwen werden ervan verdacht geslachtsziektes te hebben. Zij werden ingesloten in afwachting van hun transport en voorgeleiding bij de Hafenartz te Rotterdam. Ook moest de politie regelmatig op last van de Feldgendarmerie vrouwen verwijderen uit de Festung. Deze vrouwen werden meestal naar post 2 of 3, Monsterseweg of Oranjesluis, gebracht. Vandaar mochten ze zelfstandig verder.
Omdat zoveel Duitse soldaten een geslachtsziekte opliepen na hun bezoek aan vrouwen, begon dit een probleem te worden voor de Duitse legerleiding. Duitse soldaten maakten Nederlandse meisjes ziek welke op hun beurt de ziekte weer doorgaven aan volgende soldaten. Om hieraan een eind te maken organiseerden de Feldgendarmerie en de Sicherheitspolizei in cafe’s waar verdachte vrouwen waren razzia’s. De opgepakte vrouwen werden onderzocht, wie ziek was werd opgenomen en geregistreerd. Was een vrouw voor de derde maal ziek dan werd zij naar een concentratiekamp gestuurd. De legerleiding beschouwde hen als saboteurs.
In 1943 kreeg de SD opdracht van de legerleiding om bordelen te gaan inrichten voor Wehrmacht-soldaten. Aanleiding tot het inrichten van deze bordelen was de verkrachting van een vrouw te Schagen (NH) door een aantal Duitse militairen. De daders van dit feit werden gearresteerd en na onderzoek terplaatse doodgeschoten (een andere reden voor het opzetten van de bordelen was dat er in de spergebieden bijna geen burgerbevolking meer was en het de daar gelegerde soldaten verboden was het gebied te verlaten, MV).
Om deze misdrijven te voorkomen en omdat het belangrijk was, in verband met de gezondheid van de Duitse soldaten, de prostitutie onder controle te krijgen richtte de SD langs de Nederlandse kust 12 bordelen in. Eén van deze bordelen kwam aan de Schoolstraat te Hoek van Holland.
De prostituees welke in deze bordelen werkzaam waren kwamen voornamelijk uit België, Frankrijk en Duitsland. Zij kregen van de Wehrmacht een contract van vier maanden. Na afloop van het contract gingen bijna alle vrouwen weer naar huis.
Nederlandse prostituees hadden niet veel zin om voor de Duitsers te werken. Omdat er na verloop van tijd toch een tekort ontstond aan vrouwen probeerde de SD gewone Nederlandse vrouwen en meisjes met geld en een vier maanden contract te ronselen voor dit werk.
De Wehrmachtsbordelen kwamen onder strenge medische controle om zo te voorkomen dat de bezoekende soldaten geslachtsziekten zouden oplopen. De prostituees welke in deze bordelen werkten kregen een controlekaart en werden regelmatig op geslachtsziekten onderzocht.’
De soldaten kregen een bordeelpas, waarop ze hun gegevens moesten invullen. Ze moesten ook hun identiteitsplaatje inleveren. Voorop stond dikgedrukt de waarschuwing: ‘Verkehr nur mit Gummischutz!‘ (geslachtsverkeer alleen met condoom!). Daaronder staat dat men na het samenzijn onmiddelijk aan ‘Sanierung‘ moest doen.
Ook moest ingevuld werden welk bordeel men bezocht had en de naam van de dame, en zelfs de datum en het tijdstip. De achterkant van de pas was tevens Sanierungskarte. De pas moest 3 maanden lang bewaard worden.
Het NIOD heeft een ‘Anweisung für Besucher von Wehrmachtbordellen‘ gedigitaliseerd. Hierop staat met dikke letters dat de gezondheid van een soldaat zijn grootste goed is. Verder staat er o.a. dat zekerheid tegen besmetting niet gegarandeerd is, en dat men eerst langs de Sanitätsstube moet. Tevens dat het niet gebruiken van bescherming ten strengste verboden is en dat ook de bordeelmeisjes dit weten. Daarna volgt een uitleg wat men met het condoom moet doen en wat men er niet mee moet doen…daarna zichzelf goed wassen en weer langs de Sanitätsstube, waarna ze hun identiteitsplaatje terugkregen.
Regelmatig stond er een rij wachtenden voor de Puff. Voor Hoekse jongens, waarvan sommigen niet verteld werd wat er gaande was, was dit natuurlijk allemaal erg spannend.
Er waren ook slimmerikken onder hen, die hier een slaatje uit wisten te slaan. Dirk van den Burg schrijft in zijn niet gepubliceerde manuscript ‘Hoek van Holland gedurende de Tweede Wereldoorlog’:
‘Op het eiland De Beer waren veel Wit-Russen, Mongolen en Oekraïners gelegen […] op een zaterdagmiddag, in een eindeloze rij, terwijl het hemelwater met bakken neerplensde, stonden die lieden op hun beurt te wachten om toegelaten te worden in de Puff […] De kleinzonen van een stalhouder aan de Prins Hendrikstraat hadden op de hooizolder een kijker opgesteld, tegen een geringe vergoeding mochten hun vriendjes door het optisch instrument naar de Puff kijken.’²
Dirk van den Burg
In de jaren ’90 vond een inwoner van Hoek van Holland, bij het uitscheppen van een haard in een kamer die hij nooit gebruikt had, naast een paar patronen een half verbrand pakje condooms. De condooms zijn van het merk Odilei, wat staat voor Otto Dillner, Leipzig. Deze werden speciaal voor de Wehrmacht geproduceerd.
Uit documenten van de gemeentesecretarie van toen, blijkt dat in dat huis, Rietdijkstraat 56, manschappen en/of officieren van de Kriegsmarine waren gelegerd.
Met dank aan Joop van der Graaf, Dick Ruis en Geo van Geffen.
Geraadpleegde bronnen en archieven
Dick Ruis, ‘De Puff’, privédocument.
Nederland en de Tweede Wereldoorlog, band 1, deel 9. Uitgeverij Waanders ism Rijksinstituut voor Oorlogsdocumentatie.
Manuscript Hoek van Holland gedurende de Tweede Wereldoorlog 1940 – 1945. D. van den Burg. Niet uitgegeven. Hoofdstuk “Op pad door de Hoek”.