
De gemeentewoningen
Vanwege de Eerste Wereldoorlog ligt in heel Nederland de bouw van woningen nagenoeg stil, waardoor er overal grote woningnood ontstaat. In 1917 wordt daarom in Rotterdam de Gemeentelijke Woningdienst opgericht. Ook in Hoek van Holland is er behoefte aan woningen, vooral aan betaalbare arbeiderswoningen. Woningbouw en verhuur door particulieren is niet voldoende om het tekort op te heffen. In 1924 komt de Woningdienst met een plan voor 40 woningen met 4 winkels en 4 pakhuizen aan de 2e Scheepvaartstraat. De woningen zijn ontworpen door de architect van de woningdienst, J.J.P. Oud* (1890-1963). Hij was lid van de kunststroming De Stijl en ontwierp onder andere café De Unie in Rotterdam en het Nationaal Monument op de Dam.

Bij commissaris Jas stromen de aanmeldingen binnen. Hij krijgt het idee dat particuliere huizenverhuurders de plannen proberen tegen te werken, door te beweren dat er geen grote behoefte aan gemeentewoningen zou zijn. Binnen een maand tijd hebben zich echter zo’n 75 gegadigden gemeld. Velen hiervan zijn gezinnen die bij anderen inwonen, maar er zijn ook enkele officieren van het fort bij, en mensen die hun huwelijk uitgesteld hebben omdat ze hier geen huis kunnen huren. Een slager wil zich in één van de winkels met een slachtplaats vestigen maar dat lijkt Jas vanwege de overlast (‘slachtplaats met kokerij, drijven van vee’) geen goed idee.
In september 1925 wordt het voorstel tot bouw van de woningen in de Rotterdamse raad besproken. Er zijn raadsleden die niet geloven dat deze woningen in een behoefte voorzien en dat de particuliere woningbouw voldoende is. Ook zijn er bezwaren tegen de architectonische vormgeving: de langgerekte gevel past niet in de omgeving, er zijn geen schuine daken dus geen zolderruimte, het zijn troosteloze dobbelstenen, het ontwerp is vreselijk streng en hypermodern. Toch wordt het plan met 29 tegen 13 stemmen goedgekeurd.

Het complex, dat in de Hoek al snel bekend kwam te staan als ‘de gemeentewoningen’, bestaat uit 16 benedenwoningen en 22 bovenwoningen. Op de uiteinden en in het midden bevinden zich winkels en pakhuizen. Ook vindt de bibliotheek er een plek boven de poort, Oud past zelfs zijn ontwerp hiervoor aan.
Invloeden van de Stijl komen terug in het kleurgebruik: witte gevels, gele baksteen, blauwe deuren en hekken en rode lantaarns.
In 1926 wordt begonnen met de bouw, die uitgevoerd wordt door A.W. Uyterlinde.
De Hoekse schilder J.L. Soeteman krijgt opdracht het schilderwerk uit te voeren en het glas te leveren. In mei 1927 worden de woningen betrokken.

In 1983 en in 1996 worden de woningen gerenoveerd. In 1996 worden de woningen samengevoegd waardoor er nu nog 24 zijn. Ook in de vier winkelpanden zijn heden ten dage woningen.
In 1995 draagt de gemeente Rotterdam het complex over aan de Woningbouwvereniging Hoek van Holland. De woningen zijn bekend in binnen-en buitenland en trekt vele geïnteresseerden die foto’s van de woningen nemen.

Ansichtkaart collectie H. van der Lugt
In de wijk Kiefhoek in Rotterdam zijn door Oud soortgelijke woningen gebouwd.
Voor de Tweede Wereldoorlog kwam er toch een slager in één van de winkelpanden, C. Brommer. Hij zat op nummer 115a, de linkerwinkel bij de poort. Na de oorlog heeft F.M. Scholten deze zaak overgenomen, na de laatste renovatie verhuisde de slagerij, toen al jaren bestierd door zijn zoon Rien, naar het winkelpand aan de oostzijde van het complex. Dit is uiteindelijk ook een woning geworden.

* Hij was een broer van Mr. P.J. Oud, burgemeester van Rotterdam van 1938 tot 1941 en van 1945 tot 1952.
Bronnen:
Nieuw Rotterdamsche Courant 18-09-1925
De Westlander 08-10-1926406-01
Stadsarchief Rotterdam, 406-01_12 Archief van de Hulpsecretarie Hoek van Holland
https://stadsarchief.rotterdam.nl/zoek-en-ontdek/themas/expansie-van-de-stad/volkshuisvesting/
https://www.architectuurgids.nl/project/list_projects_of_architect/arc_id/10/prj_id/732
https://rotterdamwoont.nl/projecten/arbeiderswoningen-scheepvaartstraat/